[laatste wijziging op 26-07-02 om 18:50][laatste wijziging op 26-07-02 om 18:49 ][laatste wijziging op 26-07-02 om 18:46 ]Wij houden er op onze tochten de volgende regels op na. Het kost soms wel eens wat overredingskracht om de groep van het nut ervan te overtuigen x(
Vreemde Voettochten.... en het milieu
De gebieden waar we onze NKBV Vreemde Voettochten houden zijn meestal vrijwel ongerepte natuurgebieden, dit willen we natuurlijk zo houden.
Maar helaas zijn we vaak niet de enigen die hier komen. In sommige gebieden gaat de plaatselijke bevolking nog onverantwoord om met hun omgeving, wij willen het niet erger maken door ons aan hun ”normen” aan te passen (bijv. omgaan met afval, of overmatig gebruik van brandhout waar dit eigenlijk niet verantwoord is). Ook kunnen we bijvoorbeeld zien dat andere groepen het niet zo nauw nemen. Wij hoeven ons hier natuurlijk niet bij aan te sluiten !
Binnen de commissie Vreemde Voettochten is daarom overeengekomen dat we ons tijdens onze tochten aan een aantal milieu richtlijnen zullen houden. We hebben ons als doel gesteld om met minimale schade door het gebied te trekken. Het zijn geen overdreven regels, soms zijn ze hooguit een beetje lastig.
Het gezegde “laat niets anders achter als je voetstappen, en neem alleen mooie herinneringen mee naar huis” is misschien iets te idealistisch. We kunnen dit bijna onmogelijk naleven, maar met de volgende regels lukt het heel aardig om het gebied weer ongeschonden achter te laten.
Lopen door het terrein
* In noordelijke of hoger gelegen berggebieden groeit en hersteld de vegetatie vaak zeer langzaam, probeer hier rekening mee te houden. Sporen die je maakt blijven vaak jaren zichtbaar.
* Als er een pad is, dan nemen we dit bij voorkeur. Het loopt gemakkelijker, en richt minder schade aan.
* We mijden bijvoorkeur erosie gevoelige hellingen, of kwetsbare vegetatie.
* We snijden geen bochten van paden af, hoe verleidelijk dit soms ook kan zijn.
* Als we toch buiten de paden lopen (als die er eenvoudigweg niet zijn) dan is het beter om naast elkaar te lopen i.p.v. achter elkaar. Een groep die keurig achter elkaar loopt legt praktisch z’n eigen pad aan !
Omgaan met het water
* Het water dat we op onze tochten tegenkomen is vaak ook ons drinkwater (en dat van de mensen die na ons komen), daarom moeten we hier heel zorgvuldig mee omgaan.
* Als je een plekje zoekt om je behoeften te doen, dan doe je dit minstens 50 meter van een rivier of meer. In een ondiep kuiltje (met de neus van je schoen maak je dat zo) verteerd je ontlasting en wc papier het snelst. In erg droge gebieden (woestijnen) is het beter om je wc papier te verbranden, anders duurt het jaren voor het vergaan is. Op deze manier hoeven anderen zich hier niet aan te storen.
* In sommige gebieden (parken in de Verenigde Staten) is het zelfs verplicht je eigen uitwerpselen als afval mee te nemen en het gebied uit te dragen.
* Wassen en afwassen doen we uitsluitend met biologisch afbreekbare zeep. Dit betekend helaas niet dat we dit direct in het oppervlaktewater kunnen doen. Ook jezelf wassen in een rivier of meer kan dus niet!
De zeep wordt het best door bodembacteriën afgebroken. In het koude water zelf duurt het zeer lang voor de zeep door bacteriën is afgebroken! Gooi daarom je sopje na afloop minimaal 50 meter van een rivier of meer weer weg.
* Als je jezelf wilt wassen, dan geldt hier hiervoor dezelfde regel. Afspoelen mag natuurlijk altijd, maar als je zeep wilt gebruiken dan moet dit dus ook weer op 50 meter afstand van het water. De tochtleiding heeft waterzakken mee, zodat je daarin water kunt halen om je af te spoelen.
Omgaan met ons afval
* Natuurlijk nemen we al ons afval mee. Soms kunnen we afval verbranden in een goed heet kampvuur. De aluminiumresten die dan vaak overblijven nemen we weer mee.
Door hele maaltijden voor de groep in één pakket te verpakken is ons afval zodanig gereduceerd dat het makkelijk is mee te nemen.
* In sommige landen wordt in de bergdorpjes geen afval opgehaald, al het afval wordt gewoon gestort of (vaak onzorgvuldig) verbrand. Daarom nemen we in dat geval ons afval mee naar een grote stad. Denk hier ook aan als je bijvoorbeeld milieuschadelijke zaken zoals batterijen weg wilt gooien.
In en rond het kamp
* Probeer als we in de vrije natuur staan de vegetatie te sparen als je een plekje voor je tent maakt.
* Een kampvuur maken we alleen als er voldoende brandhout is, dus niet rond de boomgrens. We gebruiken alleen dood hout, en kappen dus nooit levend hout, en breken geen levende takken af.
* Bij het kampvuur hebben we altijd een volle pan of waterzak klaar staan voor als ons vuur overslaat naar de omgeving. Het vuur wordt natuurlijk nooit alleen gelaten.
* Als we een kampvuur maken dan gebruiken we bijvoorkeur reeds bestaande vuurplaatsen en maken het vuur niet onnodig groot. In een extreem droge omgeving is het maken van een vuur niet verstandig, we zoeken daarom ook altijd een veilige plek voor het vuur (dus ook niet vlak bij de tenten).
Arnoud ten Haaft
http://www.arnoud-2.dds.nl/VVT_Bestemmingen_2003/VVT_Wereldkaart_Files/VVT_Logo.gif