foto In het schrijfblok komt telkens een nieuw (reis)verhaal over de belevenissen van bezoekers van de site. Ook jij kunt jouw verhaal insturen voor publicatie.

Een eerste kennismaking met de Pico’s.

Na een aantal jaren achter elkaar naar de Pyreneeën te zijn gegaan, vond ik het tijd geworden voor een nieuwe wandelbestemming. Niet dat ik ben uitgekeken op de Pyreneeën hoor, maar het is toch leuk om eens naar een ander gebied te gaan. Wel ga ik bij voorkeur naar Spanje, ten eerste omdat ik dan m’n Spaans kan oefenen en ten tweede omdat het gewoon een heel mooi, zonnig land is met lekker eten en aardige mensen! Mmm…het zijn eigenlijk een heleboel redenen dus, nou ja.

Tsja en waar ga je dan heen? De Sierra Nevada is wel erg ver en in de zomer ook misschien iets te warm om heen te gaan. Ik had al verschillende keren over de Pico’s de Europa gehoord en deze verhalen waren zonder uitzondering positief. Daarnaast is het nog wel te doen met de auto (Noordwest Spanje) en leek het ons leuk om na een wandeling in de bergen nog een weekje aan de kust door te brengen. Een uitstekende combinatie vind ik altijd. We zijn na de bergen overigens naar het gezellige en pittoreske Llanes geweest, best leuk en er zijn hele mooie kleine stranden te vinden.

Zo gezegd zo gedaan. Alhoewel er duidelijk minder (Nederlandstalige) informatie is te vinden over de Pico’s dan over de Pyreneeën, met name praktische info over routes, duur van etappes, dorpjes van waaruit je de route kunt beginnen en dat soort zaken. Dit is eigenlijk de reden waarom ik dit stukje schrijf zodat andere mensen er toch weer iets aan hebben.

Ik vind het altijd prettig om een ronde te lopen, zodat je niet meer met openbaar vervoer hoeft te pielen en niet twee keer door hetzelfde gebied loopt. Zo ben ik na een beetje rondkijken op diverse internetfora en de aanschaf van de kaart ‘Picos de Europa – Macizos central y oriental’ tot de volgende route gekomen van 4 dagen. Als vertrekpunt hebben we het dorpje Sotres gekozen. Een klein dorpje aan de rand van het Nationale Park met een aantal hotelletjes en vanuit hier loop je zo de bergen in.

Allereerst een paar opmerkingen van te voren:

  • De Pico’s zijn een nationaal park dus wildkamperen is in principe verboden. We hebben dat dan ook niet gedaan omdat we niet wisten of er op gecontroleerd werd en het ook zo uitkwam met de route. Mocht je het wel willen doen, ik heb geen enkele parkranger gezien, dus het zou wel moeten kunnen hoor. Alleen is zoals je hieronder leest water wel een probleem.
  • WATER! De Pico’s zijn droog, zorg dat je voldoende water meeneemt, minimaal 2 liter, maar 3 is beter. In de 4 dagen dat we gelopen hebben, zijn we niet een keer een bruikbare bron of rivier tegengekomen.
  • Het weer kan behoorlijk veranderlijk zijn in deze bergen. We hebben zelf geen druppeltje regen gehad, maar het schijnt zeer snel om te kunnen slaan, dus neem altijd een goed regenpak mee. De mist kan ook verraderlijk zijn.
  • De tijden die ik hier aangeef zijn puren wandeltijden, dus geen totaaltijden.
  • Mocht je houden van licht wandelen, dan is het mogelijk om deze route te lopen zonder avondeten mee te nemen. Bij alle plaatsen waar we geslapen hebben was het mogelijk om avondeten te krijgen.
  • Wij waren er half juli en toen was het er niet druk. In augustus schijnt het een heel stuk drukker te zijn. Probeer de laatste dag van de route niet in het weekend te plannen, het is hier dan een stuk drukker dan doordeweeks, omdat het zeer populair is als dagtrip.

Dag 1 Sotres - Naranjo de Bulnes ( 4 uur )

Deze dag is een mooie opwarmer. Vanuit Sotres loop je eventjes terug over de weg waarover je aankwam en loop je in een uurtje naar het echte begin van het wandelpad. Mocht je een andere route willen gaan lopen ofzo, je kunt op dit punt ook nog je auto parkeren en een aantal dagen laten staan. Anderen deden het ook en het zag er dus veilig uit. Naranjo de Bulnes is namelijk ook een zeer bekende plek om te klimmen en je komt er dus veel klimmers tegen.

Het eerste uurtje op het wandelpad is echt zo’n lieflijke wandeling door het gras, heerlijk. Niet te steil, mooi uitzicht op de omringende bergen en wat opvalt is dat het zo ontzettend groen is, helemaal niet wat je zou verwachten. Maar je zit hier dan ook aan de Costa Verde. Je komt ook nog langs een paar oude berghutjes, waar nog echt mensen wonen, zonder elektriciteit en stromend water.

Daarna gaat het toch al snel omhoog, maar nog niets bijzonders hoor. Plotseling als je linksom de hoek omslaat zie je een enorme stenen punt uit het landschap omhoog steken. Het is echt een gigantisch ding! Dit is dus de Naranjo de Bulnes (2519 meter) en zeer populair bij klimmers. De wand waartegen je omhoog klimt is ongeveer 600 meter hoog. Ik sprak met 2 jongens die er 2 dagen over deden om dat ding te beklimmen, jawel slapend in een hangmat aan de wand! Toch weer eens wat anders als in een tentje niet?

Dag 1 - De Naranjo de Bulnes, met het pad op de voorgrond.

Hier ergens vonden we een mooi plekje om te lunchen. Het laatste stukje naar de Refugio Vega Urriellu duurde ook nog een dik uur. Al met al een behoorlijk korte eerste etappe. Het is toegestaan om je tent bij deze Refugio op te zetten en er zijn ook genoeg mooie plekjes om dat te doen. Zet hem goed vast want er is behoorlijk veel wind. Dat viel sowieso op dat er alle dagen enorm veel wind was, veel thermiek (denk ik…ben geen weerman). Bij de refugio zelf was een kraan met drinkbaar water die je gratis mocht gebruiken. Het was er niet erg druk (half juli) Ook kon je dus mee eten, wat wij hebben gedaan en erg lekker en veel was! Een leuke refugio, met voornamelijk Spanjolen en natuurlijk een aantal Nederlanders. Je komt ze echt overal tegen. Veel Nederlanders deden een via SPN georganiseerde wandeltocht.

Dag 2 Naranjo de Bulnes - Fuente De ( 4,5 uur )

Alweer een niet al te zware etappe deze dag. Tsja wij wisten ook niet precies hoe we de afstanden moesten in schatten en het kwam nu eenmaal zo uit. De dag begint met een kleine klim en daarna door twee vrij bizarre ‘wokpanvormige’ dalen, met rare gaten in de bodem. Iemand vertelde me dat het hier allemaal kalksteen is en dat is dus vrij poreus. Hierdoor stroomt al het water weg via ondergrondse tunnels en dit is dan ook de reden dat het zo droog is. Toevallig las ik net vandaag op internet dat in dit gebergte de diepste grotten van Europa ontdekt zijn, van wel 1500 meter diep!

Dag 2  - Door het dal ‘Hou Los Boches’, het pad loopt recht tegen het steile stuk in het midden omhoog.

Vanuit het tweede dal moet je via een enorm steil pad, met kettingen om je aan vast te houden, naar boven klauteren. Je komt nu boven op de Horcados Rojos, het hoogste punt van de tocht, op ongeveer 2300 meter. Als je wil heb je hier tijd voor een uitstapje naar de punt van de Torre de Los Horcados Rojos, nog 200 meter hoger. Wij wisten niet precies hoever we die dag moesten die dag, dus hebben we dat niet gedaan, maar achteraf had het dus best gekund, het zal vast een heel mooi uitzicht zijn.

Hierna begin je meteen aan een behoorlijk steile afdaling. Het is niet groen hier en er liggen veel lossen stenen en rotsen. Je zult ook merken dat het vanaf hier al meteen weer een stuk drukker is. Er zijn namelijk heel veel dagjesmensen die vanaf Fuente De de lift naar boven nemen en dan nog een stukje de bergen in wandelen. Na een flinke afdaling kom je tenslotte bij de lift die je meeneemt naar Fuente De. Voor de mensen die allergische reacties krijgen van het woord ‘lift’, het is ook mogelijk naar beneden te lopen, maar dit is een flinke omweg en voornamelijk ook over een onverharde weg, dus niet echt een wandelpad. Wij gaven er toch de voorkeur aan om een lekker koud pilsje te gaan drinken op de zeer idyllische camping van Fuente De, een klein pareltje! Het enige dat er ontbrak was toch dat stromende beekje erlangs. Ook hier kon s’avonds gegeten worden in het bijbehorende restaurant.

Dag 3 Fuente De - Cain ( 7,5 uur )

Na 2 makkelijke dagen was dit toch wel een hele pittige dag. Het begon meteen met een knaller van een beklimming die we vanuit de lift al gezien hadden. Hoppa meteen 900 meter omhoog, even een kuitenbijtertje. Boven loop je door een schitterende groene vallei waar veel koeien grazen, de Vega de Liordes. Na deze vallei ging het nog even vals plat omhoog. Het oorspronkelijke idee was om via de Refugio Diego Mello te lopen, maar dat zou nog een hele forse klim betekend hebben met daarna weer een zware afdaling, dus besloten we om toch maar alvast wat naar beneden te gaan, via het Canal de Asotin. En dit was al pittig genoeg. Nu houd ik wel van afdalen, van die lekkere puinhellingen waar je als het ware van af kan schaatsen en de stenen zo lekker met je mee glijden. Andere mensen dachten daar dus anders over en gingen menigmaal onderuit.

Bij de Vega de Asotin hebben we een heerlijke lunch gedaan. Hierna was het toch nog een flinke hete tocht naar Cain. We kozen ervoor om via het kleine wandelpad te gaan, bij het drooggevallen Canal de Valcayo naar rechts en niet eerst via het duidelijke wandelpad via Cordiñanes. Dat is toch wel lastig als je op niet gemarkeerde paden loopt en de weg niet helemaal kent. Het pad splitst zich altijd weer op en dan moet je toch kiezen. Na een paar foute keuzes zijn we uiteindelijk toch goed terecht gekomen, alhoewel de watervoorraad toen toch al behoorlijk op was! Dus maak voor jezelf die beslissing mocht je hier willen gaan lopen.

De laatste 2 kilometer naar Cain moesten over de weg door een hele smalle vallei. De laatste jaren is er veel geld in deze regio gestoken om het toerisme te bevorderen. Deze vernieuwde weg is daar zon voorbeeld van.

In Cain zelf is geen camping, maar wel een aantal hotelletjes. Cain zelf is niet echt een toppunt van schoonheid en gezelligheid, maar ja. Mocht je nu echt persee willen kamperen dan raad ik je aan om dus een kilometer of 3 voor Cain je tent op te slaan. Je komt tijdens dat gedeelte van de wandeling over een aantal idyllisch gelegen grasvelden met allerlei gerestaureerde huisjes waar toch een jaar of 30 geleden nog mensen gewoond moeten hebben. Op de kaart heet dit ‘La Caseria’. Mij was verteld dat dit plekken zijn waar locals in het weekend heengaan om te picknicken. Net voor deze veldjes was er een klein stroompje met water, op de kaart bij ‘Sesanes’. Met pillen of na koken zou dit water zeker goed moeten zijn voor consumptie. Wel zou ik pas zo laat mogelijk de tent opzetten.

Dag 4 Cain - Sotres ( 7 uur )

Over de laatste etappe van deze tocht heb ik gemengde gevoelens en bestaat eigenlijk uit twee gedeeltes van 12 kilometer per stuk. In het eerste gedeelte loop je door de populaire Caresvallei. Een hele smalle canyon waar het riviertje de Cares zich in de loop der duizenden jaren een weg door heeft gebaand. De canyon is soms indrukwekkend diep en het is een mooi gemaakt pad. Zoals gezegd moet je hier dus niet in het weekend zijn, want dan kun je over de hoofden lopen. Wij waren er op maandag en het was een aangename wandeling, steeds licht dalend. Toen we bij Puente Poncebos waren gekomen konden we op verschillende manieren naar Sotres. Allereerst via een ondergrondse ‘tunnel/lift-achtig iets’ naar Bulnes (de Funicular Subterraneo) en dan weer via de bergen naar Sotres, of via een omweg over een pad, of via de gewone weg. Je weet hoe dat gaat als het de laatste dag is en je bent al wat moe, je kiest dan voor de makkelijkste weg en om eerlijk te zijn zaten we er allemaal al behoorlijk doorheen. Een van de jongens had het al wel een beetje gehad en die zette er flink de pas in en hoe gek dit ook klinkt, maar dit was het zwaarste gedeelte van de tocht. Mede door de hitte en het onophoudelijke valse platte terrein, ik ben echt helemaal stuk gegaan! De laatste 4 kilometer, net na het dorpje Tielva, konden we gelukkig weer van de weg af en hebben we via een bergpaadje Sotres bereikt.

Dag 3 -  Door de Cares Vallei

De les voor de volgende keer, gewoon die weg vermijden, want dat is toch maar niks. Ik zou alsnog het pad aanraden, als je de kaart ziet, weet je wel welke pad ik bedoel. Maar mocht je via één van de alternatieve routes willen gaan, moet je wel rekening houden met een hele lange & zware etappe!

Goed, nou ik hoop dat ik een aardig beeld heb kunnen schetsen van de Pico’s. En erg leuk gebiedje met mooie bergen en lieflijke plekjes, maar 1 keer was voorlopig genoeg. De volgende keer iets anders…of toch maar weer naar de Pyreneeën…;)

Mocht je iets willen vragen, kun je altijd en berichtje naar me sturen via de Hiking-site.

Un saludo!

Erik Gouw


Hiking-site.nl op Twitter




Share/Bookmark
homezoeken op deze sitetop van de pagina
Vertel vrienden over deze pagina

Laatste wijziging: 25-01-2025

Hiking-site.nl is een site voor actieve buitensporters, wandelaars en hikers die op zoek zijn naar informatie over materiaal, routes, navigatie, EHBO, tips en tricks, avontuur, wandelen, outdoor en buitensporten. Nieuw op deze site?
Lees dan eerst eens rustig deze pagina met informatie over Hiking-site.nl!
[home] [linken naar Hiking-site.nl] [adverteren op Hiking-site.nl]
"; } if(lC>2400) { rightAd3.innerHTML = "
"; }