3-daagse wandeltrektocht Luxemburgse Ardennen 2007
Op vrijdagochtend 23 februari 2007 vertrokken we uit Eindhoven met als uiteindelijk reisdoel Ettelbruck. Dat zou onze startplaats worden voor een ontspannen 3-daagse wandeltrektocht door 1 van de meest mooie en indrukwekkende gebieden zo dicht bij huis.
Na een ontspannen 1ste klas treinrit arriveerden wij om ongeveer 13.30 u op de plaats van bestemming alwaar wij onze veters strikten, de gespen van onze rugzakken aantrokken, de laatste lege flessen met water vulden en voet zetten richting onze eerste overnachtingsplek ergens in de buurt van Lipperscheid.
Al snel bleek dat onze kledinguitrusting lichtelijk overdreven was gezien het opvallend zacht en zonnig weer. Achtereenvolgend trok eerst Pichelmee en daarna ik enige kledingstukken uit zodat het wandelen iets aangenamer werd. Vooral op de eerste echte kuitenbijter bleek het geen overbodige luxe enigszins luchtig gekleed te gaan.
Aangezien het voor mijzelf al weer lang geleden was met een rugzak op gewandeld te hebben, kreeg ik bovenop de heuvel een immense trek die ik in tijden niet gehad had. 3 bolletjes kaas, 4 stukken Beef Jerky, een Snicker en een hartige Sultana passeerden snel achter elkaar de revue. En dan te bedenken dat zowel Pichelmee als ik op de reis hierheen al non-stop hadden zitten snoepen…
Na eindelijk een voldaan gevoel in mijn maag te hebben, gingen we weer op pad en belandden uiteindelijk, na een behoorlijk langdurige, heftige en ongeplande afdaling (volgens Pichelmee absoluut rood in ski-termen welteverstaan) vol losliggend puin, rottende (gladde) takken en ontwortelde bomen, op de gesloten camping ‘Um Gritt’, niet ver van Lipperscheid. Omdat we geen zin meer hadden verder te zoeken naar een geschikte(re) overnachtingsplek besloten we de tent, dat wil zeggen alleen de buitentent, gewoon maar neer te zetten en wel te zien wat er van zou komen.
Na de soep en instant macaroni-met-kaas worstelde ik met mijn nieuwe brander opdat er koffie gezet kon worden terwijl Pichelmee zich bezighield met de noodzakelijk afwas. Tijdens het afwassen stopte er een 4x4 voor de tent, stapte de bestuurder uit en baande deze zich een weg richting m’n afwassende vriend. Of de man nu echt dom was of gewoon even geen slimmere vraag bedenken kon, blafte hij: “Was machen Sie hier?” waarop mijn vriend in zijn allerbeste Duits zeer adrem antwoordde: “Sauber machen”. Gevoel voor humor had de beste man blijkbaar niet, want hij vervolgde de door hem ingeslagen weg: “Nein, nein, ich meine wo sind Sie hier?” Het kon natuurlijk niet uitblijven dat ook hierop een zeer toepasselijk antwoord werd gegeven: “Hier”. Ondanks dat de schemering aanzienlijk aan terrein gewonnen had, was nog duidelijk te zien hoe het gezicht van de man steeds roder van ergernis werd. Na uiteindelijk aan ons duidelijk weten te maken dat hij de beheerder van de camping was en wij ons hadden moeten melden, in ieder geval toch hadden kunnen bellen of iets dergelijks liep ‘ie al mopperend naar z’n auto terug en reed, zonder ons nog een blik waardig te gunnen, weg.
De volgende morgen regende het tot plusminus 10 uur onophoudelijk, zodat wij pas om 10.30 uur weer aan de wandel konden. 2 rugzakken inpakken in de tent blijft toch altijd lastig. Het weer was wisselvallig, het terrein afwisselend open en dan weer bebost en de tijd schreed onverstoorbaar voort.
Op het punt waar de laatste afdaling, voordat het plaatsje Kautenbach bereikt kon worden, werd ingezet, liep de route over een heuse graat. Dat wil zeggen, het deed mij denken aan een heuse graat. Dat, in combinatie met de op dat moment striemende regenvlagen die onze lijven teisterden, zorgden heel even voor het echte bergwandelgevoel. Even verder, aan de voet van de graat, stond heel beschut een prachtige bergvilla met overdekte veranda. Gezien de nu onophoudelijke regen stelde ik voor op die veranda even halt te houden voor een snack, een drankje en bijbehorende korte (plas)pauze. Na de diverse versnaperingen tot ons te hebben genomen, voelden we er erg weinig voor om de regen weer te trotseren en voordat we het wisten lagen onze matjes en slaapzakken op de veranda.
Na het avondeten, pindasoep en hard-keks met paté, genoten we van het uitzicht op Kautenbach, de lichtjes van de door het dal manoeuvrerende auto’s en het overduidelijke vreugdevuur dat op de top van de tegenover liggende heuvel ontstoken was. Zelfs vanaf onze overnachtingsplek kon je in de verte het bijbehorend feestgedruis horen.
De nachtrust op de rustige en droge veranda had ons goedgedaan en goed geluimd begonnen we, na een karig ontbijt bestaande uit 1 kop koffie met wat hard-keks, aan de afdaling richting Kautenbach. Beneden aangekomen wachtte ons wederom een lastige keuze: doorlopen naar Wilwerwitz met het gevaar daar de trein te missen of in Kautenbach al op de trein stappen om zodoende bijtijds weer thuis te kunnen zijn. We kozen voor het laatste. Pas op het moment dat we de dienstregeling zagen, waren we daar echt content over: het bleek dat juist op dat tijdstip de trein richting Luik vertrok; de volgende zou pas over 4 uren vertrekken met als gevolg dat we veel te laat in Nederland zouden aankomen.
Eenmaal in de trein werden we overmand door vermoeidheid; de warmte van de coupe was daar zeker debet aan en al soezend, etend en lezend bereikten we precies op tijd Nederlands grondgebied: het was weer een prettige tocht geweest.
Arnt Vermeer
www.tochtdertochten.mysites.nl
|