GR 10: Tour des Hautes Vallées des Gaves
Vertrek Kortrijk - Cauterets, 06 September 2007
Tijd voor de jaarlijkse vlucht uit de drukte. Het opzet is hetzelfde als de vorige jaren namelijk vijf stapdagen, heen en terug met de trein en overnachten in hutten of gîtes. De streek daarentegen veranderen we wel jaarlijks. Ditmaal werd het dus de Pyreneeën, meer bepaald een lus van vijf dagen op de GR 10 met vertrek en aankomst in Cauterets.
We vertrekken met de trein vanuit Kortrijk naar Lille Flanders, steken de straat over naar Lille Europe om daar om 07:59 Hr onze TGV naar Bordeaux te nemen. In Bordeaux stappen we over op een andere TGV naar Lourdes om vervolgens een bus te nemen naar Cauterets waar we om 17:00 uur aankomen. We overnachten in gîte Le Beau Soleil, in een rustige straat in Cauterets, op een boogscheut van de GR 10.
Dag 1: Cauterets - Les Oulettes de Gaube (4:50 Hr)
Na het ontbijt vertrekken we uit gîte Le Beau Soleil om 08:15 uur. Gisteren waren we reeds op verkenning geweest, we vinden dus gemakkelijk de wit-rode markeringen terug. De GR 10 gaat hier tussen de Thermes Le Rocher en Thermes de César. Het pad is hier heel goed begaanbaar, het lijkt aangelegd om het de dagjesmensen niet al te moeilijk te maken.. In La Raillère komen we voorbij Thermes des Griffons.
Het kuuroord ligt idyllisch gelegen langs de Gave de Marcadau. Ook de GR 10 volgt dit bergriviertje en met zijn prachtige watervallen. Geruime tijd hebben we het vallende water als achtergrondmuziek. Hier gaan we ook het Parc National binnen.
Het pad gaat hier grotendeels door een bos maar geregeld gaan de bomen wat wijken en worden we getrakteerd met zicht op de Pic de La Badete de Labassa.
Na enige tijd naderen we Pont d'Espagne waar de gave du Marcadau en de gave de Gaube op een hoogte van 1496 m. samenvloeien. De Pont d'Espagne is een toeristische trekpleister in de streek en dat merken we. Hier loopt de D 920 teneinde op een immense parking, er is de "Télésiege de Gaube" en de "Télécabine du Pountas". Het is dan ook niet verwonderlijk dat we op de GR 10 nergens meer volk tegenkomen dan hier. Van een overrompeling is echter geen sprake waardoor dit nog aangename plek blijft. De rest van de route zal ons nog genoeg rust brengen.
Van hier is het nog zo'n 230 m. stijgen (één uurtje stappen) tot aan Lac de Gaube.
Dit 19 ha grote meer is van oorsprong een gletsjermeer en wordt gevoed door de Gave des Oulettes de Gaube en voedt op zijn beurt de Gave de Gaube. We komen er aan om 11:45 uur.
Waar veel toeristen komen is de horeca meestal niet ver weg, ook hier is dit niet anders. Vlak bij het meer ligt een Hotellerie. Ik ben nooit een asceet geweest en laat deze gelegenheid niet aan mij voorbijgaan. Een frisse "pression" op het terras met zicht op het meer en in de verte de Vignemale. Een mens kan slechtere plekjes vinden om wat uit te rusten.
Er komen hier heel wat dagjesmensen toe, meestal mensen die hun dagtocht starten en eindigen aan de Pont d'Espagne. De hoteluitbater heeft hier handig op ingespeeld in biedt op een groot terras een gevarieerde menukaart aan.
Het pad laat het meer links liggen. De hele lengte van het meer loopt het pad over grote rotsblokken.
Voorbij het meer slingert het pad voortdurende langs de "Gave des Oulettes".
We komen aan de Refuge des Oulettes de Gaube om 14:00 uur. Nadat we ons verfrist hebben aan een wasbak, is het tijd om wat te relaxen op het zonnige terras. Een douche is er helaas niet.
's Avonds krijgen we een lekkere maaltijd, soep, een tonijnsalade gevolgd door pasta met tomatensaus, een sneetje kaas en tenslotte een pruimentaart. Meer moet dat echt niet zijn.
Op de vlakte voor de gîte is er een bivakplaats. De tenten mogen er opgezet worden tussen 19:00 en 09:00 uur. Het valt me op dat de kampeerders gedisciplineerd wachten het toegelaten is om het tentje op te zetten. De bivakeerders kunnen gerust gebruik maken van de wasplaats in de gîte en kunnen er eveneens gebruik maken van de trekkerskeuken of een warme maaltijd bestellen.
Wij slapen in een dortoir met een grote groep maar iedereen kruipt vroeg onder de wol.
Dag 2: Les Oulettes de Gaube - Refuge de Baysellance (2+2:40 Hr)
Vandaag wordt een korte tocht. Volgens de topo zouden we er maar een kleine drie uurtjes mogen op lopen. De beklimming van de Petit Vignemale moet voor een extra twee uur zorgen.
We vertrekken om 08:30 uur en beginnen meteen te stijgen naar richting Horquette d' Ossoue op een hoogte van 2 734 m. Dit is de col die de scheiding vormt tussen de valleien van de Gaube en d'Ossoue met een zicht op de toppen van de Cirque de Gavarnie.
Vandaaruit gaan we de Petit Vignemale (3 032 m.) op. Het is er een wirwar van paadjes maar de beklimming zelf stelt niet zoveel voor. Na een uurtje, om ongeveer 11:00 uur, staan we boven op de top waar we ruim de tijde nemen om te genieten van een magnifiek uitzicht op de valleien van Gaube en d'Ossoue.
We zien de refuge de Baysellance (2 651 m.) liggen en wandelen er in een goed uurtje naar toe. We bestellen er een overheerlijke soep en krijgen er een flinke hoeveelheid croûtons bij zodat de inwendige mens voor enige tijd gesterkt is.
Omdat het dan nog maar 13:00 uur is, dreigen we ons stierlijk te vervelen. We laten onze rugzakken in de gîte en wandelen naar het begin van de Glacier d'Ossoue die juist voor de Vignemale ligt. Uiteindelijk komen we opnieuw in de gîte aan om 15:40 uur en het begint er duidelijk al wat meer volk te arriveren. We gaan ons vlug wassen omdat we de drukte al zien aankomen en gaan onze slaapplaatsen in de dortoir innemen want het is een zaal van dertig plaatsen.
Door de drukte moeten we in twee shiften eten. Na het eten strekken we nog even de beentjes in de omgeving van de hut. Veel anders zit er niet op, binnen zit de hut eivol. We proberen om vroeg te gaan slapen maar tot rond 23:00 uur is het een komen en gaan op de kamer, regelmatig zijn er mensen die het nodig vinden om de slaapkamer te laden baden in het licht. Het slapen valt gelukkig nog goed mee, alleen jammer dat iemand het enige raam in de kamer heeft dichtgedaan zodat de muren van de kamer 's ochtends helemaal vochtig waren van de condens.
Ook het ontbijt gebeurt in shiften, om 06:30, 07:00, 07:30 en 08:00. Wij mogen om 07:00 uur de beentjes onder tafel schuiven zodat we om 07:45 kunnen vertrekken.
Dag 3: Refuge de Baysellance - Saugué (7 Hr)
Het begin van de dag is voortdurend dalen. Na zo'n twintig minuten wandelen we voorbij de Grottes Bellevue. De grotten zijn net groot genoeg om als schuilplaats dienst te doen. Het is onmiddellijk te zien dat zie hier ook af toe voor gebruikt worden. Wat minder milieubewuste wandelaars hebben er hun handtekening nagelaten onder de vorm van thermische dekens, plastiek flessen, blikjes...jammer.
Na de afdaling komen we op een klein plateau terecht, de Oulettes d'Ossoue op zo'n 1 866 m. Er is een bivakplaats nabij de cabane, dicht bij het meer. Bivakkeren bij het meertje zelf is niet toegelaten. Het meertje is kunstmatig ontstaan door de Barrage d'Ossoue.
De GR10 gaat vervolgens langzaam stijgend naar de Cabane de Lourdes op een hoogte van 1 947 m.
De cabane is een huisje waar ooit nog een douche en afwasbak stonden. De restanten zijn nog zichtbaar doch duidelijk al jaren niet meer bruikbaar. Er is ook een slaapkamertje met houten planken als bed. Proper is het niet echt maar in geval van nood meer dan voldoende. We pauzeren even en worden daarbij nauwlettend in het oog gehouden door de marmotten.
De omgeving biedt een prachtig zicht op de Col de la Bernatoire. Hierna blijft het pad op dezelfde hoogte, met rechts de Montagne de Secres. We stappen verder naar Vallée de Sausse, waar ook de cabane de Sausse-Dessus gelegen is. Vanaf hier daalt het pad geleidelijk tot aan de Serre de Toussaous waarna een wat steilere afdaling begint tot aan de refuge Grange de Holle (1 480 m.), een C.A.F.-hut.
We komen er aan om 13:30 uur. De refuge blijkt niet open te zijn maar we besluiten om toch maar wat uit te rusten op de banken. De uitbaatster heeft ons gelukkig opgemerkt en serveert ons met veel plezier een frisse pint. Ook hier zal het een drukke avond worden, alles is volgeboekt. Gelukkig overnachten wij wat verder.
De GR10 loopt maakt een bocht rond de hut en gaat het bos "Bois de St-Savin" in. Een bos is mooi maar onttrekt de omgeving aan het zicht. We zijn dan ook blij dat we aan de achteruit kijken hebben een prachtig zicht op de Cirque de Gavarnie.
De weergoden zijn ons al drie dagen bijzonder gunstig gezind. Ook vandaag lopen we de hele tijd in het zonnetje.
Omstreeks 15:40 uur komen we aan in de gîte d'étappe Le Saugué (1 610m). We zijn er helemaal alleen en dat zal zo blijven. De gîte is brandschoon, recent volledig gerenoveerd en gezellig. We betalen er 27 € per persoon voor halfpension. De uitbaatster maakt er een voortreffelijke maaltijd klaar, zet het ontbijt klaar en vertrekt dan. Ze vraagt ons om de sleutel bij ons vertrek op een afgesproken plaats achter te laten.
Wanneer ik die avond mijn ondersteunende kniebanden afdoe, kom ik tot de vervelende ontdekking dat deze de volledige achterkant van mijn knieën hebben open gewreven. Dit veroorzaakt meer ongemak dan de eventuele last die ik van mijn kniegewrichten zou kunnen hebben waardoor ik wijselijk besluit om de tocht zonder de banden voor te zetten.
Dag 4: Saugué - Grust (7:30 Hr)
Na het ontbijt vertrekken we omstreeks 08:00 uur. We klimmen langzaam langs de Col de Superpeyere tot een hoogte van 1 874 m. Dit biedt een mooi zicht op de bergen van Luz en Néouvielle tot Cirques de Troumouse en Gavarnie.
Vanaf hier zullen we geruime tijd door een meer bosrijke omgeving wandelen. We gaan de Sapinière de Bué in, een groot sparrenbos. Na een tijd komen we op de weg die langs de elektriciteitscentrale van Pragnères passeert.
De GR 10 volgt even de D921, aan het café Saint-Bazerque gaat de GR naar rechts. Het café ongemerkt voorbijwandelen zal moeilijk zijn, een opvallende pop en een reclamebord voor de "gateau à la broche" zorgen daar voor.
Op naar Croix de Sia waar je een mooi uitzicht hebt over de volledige vallei.
Wanneer we aan Agnouède komen, sluiten we aan op de variant van de GR10 (Cauterets-Lüz-St-Sauveur) en vanaf hier moeten we onze topo omgekeerd lezen en overschakelen op de beschrijving (Cauterets-Lüz-St-Sauveur)
De weg leidt ons verder richting Lüz-St-Sauveur maar laat het stadje zelf rechts liggen. Hoewel de weg geregeld door de bosrijke gebieden loopt, worden we geregeld getrakteerd op het mooie panorama's. Het is helder weer en we kunnen zelfs het observatorium van de Pic du Midi zien liggen.
We passeren wel door het dorpje Sazos. Even hadden we gehoopt om daar een cafeetje te vinden maar het dorpje bleek luizedood. In het dorpje raken we even het spoor bijster, de GR-markeringen die je dorp moeten uitleiden zijn niet bijster dik gezaaid.
We komen aan in de Gite d'étape Soum de l'Ase en arriveren opnieuw in een zeer mooie en propere gîte. Ook hier is het opnieuw zeer kalm. Er slaapt slechts één ander koppel waardoor we een kamer voor ons alleen krijgen. De kamer biedt ons een schitterend zicht op de vallei en het stadje Lüz-St-Sauveur.
Voor het avondeten krijgen we nog het gezelschap van een jong Antwerps koppel die kamperen in een weide tegenover de gîte. Zoals we al dikwijls hebben mogen ervaren in de Franse gîtes is het eten heel voortreffelijk.
Dag 5: Grust - Cauterets ( 6 Hr)
We vertrekken pas rond 09:00 uur. We hadden van het Antwerps koppeltje gehoord dat ze tijdens het afdalen van de Col de Riou naar Luz-Arididen nauwelijks een gr-markering zijn tegengekomen en dat ze eigenlijk met veel geluk op de juiste weg terecht zijn gekomen. Dat geluk was blijkbaar niet voor ons bestemd. Tot aan het skistation van Luz-Arididen loopt alles vlotjes. Je kan er niet naast kijken dat de Tour de France hier regelmatig voorbijkomt. Het pad slingert weg en weer langs de weg die de wielrenners naar boven leidt. De commentaarhokjes voor de verslaggevers blijven er gewoon het hele jaar staan. Het landschap is hier in naam van het skitoerisme nogal gehavend. De skiërs brengen ieder jaar nogal wat geld in het laadje en er komen hier een daar pistes bij. Het zijn de werken voor die pistes die ons de das omdoen. Even voorbij het station van Luz worden we een weide opgestuurd en vinden we een laatste wit-rood markering. De bulldozers en ander tuig hebben de andere tekens grondig verwijderd. We sukkelen wat rond tot enkele lokale wandelaars ons de goede weg ophelpen.
We zijn wat gekrenkt in ons eergevoel omdat we er enkel met de kaart niet in geslaagd waren het pad terug te vinden maar troosten ons met de gedachte dat de werkzaamheden en de bijgekomen pistes het oriënteren flink bemoeilijken.
Op de Col de Riou (1 949 m) nemen we onze middagpauze. We zijn blij dat we dit stuk achter de rug hebben. Gelukkig wordt het vanaf hier wat aangenamer wandelen, gedaan met de grasvlakte. We dalen af tot een hoogte van zo'n 1 500 m en duiken het bos in. We dalen verder af tot we uiteindelijk terug bij af zijn, in Cauterets.
Overnachten doen we opnieuw in gîte Le Beau Soleil. We maken er kennis met een Canadees die op trekking is door Europa. De man is een Québécois. Uit een streek die qua natuurpracht heel wat te bieden heeft. Volgens hem is het echter heel wat makkelijker om in Europa de natuur in te trekken. Canada heeft dan wel de natuur maar heeft niet die wandelinfrastructuur die ze hier te bieden hebben. Niet dergelijk goed gemarkeerde paden, geen goed uitgebouwde logies...
Terugreis Cauterets - Kortrijk, 12 september 07
Om 09:45 uur nemen we de bus van de SNCF naar Lourdes en stappen om 11:15 uur op een TGV die ons rechtstreeks via Bordeaux naar Paris Montmartre brengt waar we om 17:25 uur aankomen. De metro in naar Paris Nord waar onze TGV richting Lille Flandres pas om 19:28 uur vertrekt. Een vertrouwde NMBS trein levert ons vervolgens behouden terug af in Kortrijk. Mijn jaarlijks uitstapje zit er opnieuw op. Het was echt de moeite. Een aanrader die voor iedereen met een normale conditie haalbaar is.
Wouter De Lombaerde
Verdere info
http://users.telenet.be/wouterveerle/GR10.htm
|