Home » Materialen » Messen en gereedschap » Messen » Metaalsoorten
Metaalsoorten
De gebruikte staalsoort bepaalt, naast het ontwerp van het lemmet, of het mes goed snijdt, hoe lang het scherp blijft en of het makkelijk te slijpen is.
Als je in een catalogus kijkt of uitleg vraagt aan een messenverkoper zal je een staalsoort lezen of horen bij de omschrijving van het mes. Er zijn 4 verschillende groepen van materialen voor messenlemmetten: roestvaststaal, niet roestvaste staalsoorten, titanium, en cobaltlegeringen. Hieronder zal ik deze groepen bespreken, met telkens de meest gebruikte soorten ervan.
Roestvaste staalsoorten
De eerste erg belangrijke opmerking is dat men bij deze legeringen spreekt van roestvast staal en niet van roestvrij. Onder invloed van lucht en vocht kunnen al deze metaalsoorten roesten, sommige alleen wat minder snel dan andere.Er zijn 5 belangrijke elementen in een roestvaste legering: koolstof, chroom, mangaan, molybdeen en vanadium. Elk element in de legering speelt een bepaalde rol.
- Koolstof:
- Dit is het belangrijkste element in een legering voor een mes. Het gedeelte koolstof in een legering bepaalt namelijk de hardheid ervan. Hoe hoger de hardheid van de legering, hoe langer het mes scherp blijft (Maar ook hoe sneller het roest!). Wat inhoudt dat je het mes minder snel hoeft te slijpen.
- Chroom:
- De aanwezigheid van dit element bepaalt hoe roestbestendig de legering is (pas vanaf 14% chroom mag men van "roestvrij" staal spreken).
- Mangaan:
- Verbetert de smeedbaarheid,de inharding van de legering en de bestandheid tegen slijten.
- Molybdeen:
- Maakt het metaal duurzamer en beter bestand tegen braampjes, veroorzaakt door snijden.
- Vanadium:
- Belangrijkste troef van dit element is dat het snijvlak minder snel bot wordt.
Hieronder heb ik de meest frequent gebruikte legeringen en staalsoorten uitgelegd, met telkens de specifieke voor- en nadelen ervan. Ook staat vermeld wat de juiste hardheid is bij deze staalsoort.
- 425 Modified
- Dit is de staalsoort ontwikkeld en gebruikt door Buck Knives. Hier is het woord "modified"erg belangrijk, want Buck heeft er iets mee gedaan waardoor het alleen in de messen van Buck erg goed presteert. De kwaliteiten in de Buck messen zijn goede roestvastheid en een goede edgeholding. 56-58 HRC
- 440A/B/C
- Legeringen die zich kenmerken door een uitermate grote roestvastheid. Vroeger erg veel gebruikt, maar nu een beetje voorbijgestreefd. Behalve voor messen die veel in contact komen met water en dan vooral zeewater. Vaak gebruikt in wat goedkopere messen. 440A/B:56-57 HRC, 440C:58-60 HRC.
- AUS6/8
- Een erg goede staalsoort die zich kenmerkt door de combinatie van voldoende roestvastheid, gemakkelijke slijpbaarheid, een hoge sterkte en een gematigde prijs. Daarom vaak gebruikt door de grote fabrieken en voor grote messen waarmee veel gehakt wordt. 57-59 HRC
- AUS6M
- Staalsoort die vooral wordt toegepast door CRKT. Goedkoop, maar blijft niet zo lang scherp. Door de lage hardheid van 55-56 HRC wel makkelijk te slijpen.
- 154CM/ATS34
- Dit zijn gelijkwaardige staalsoorten waarin vooral het hoge gehalte koolstof opvalt (1.00-1.05). 154CM was de oorspronkelijke legering, waarna deze gekopieerd is in Japan (ATS34). Lemmetten uit deze legeringen behouden hun snijvlak erg lang en zijn erg sterk, maar zijn wel gevoeliger voor roest, duurder en ook moeilijker te slijpen door hun hoge hardheid (59-60HRC). Vaak zijn ze te koop met een beschermende coating tegen roest op het lemmet.
- ATS55
- Een verdere ontwikkeling van ATS34, momenteel alleen gebruikt door de Amerikaanse fabrikant Spyderco. Het grootste verschil is minder molybdeen en door de hoge prijs hiervan zijn messen uit ATS55 goedkoper dan die in ATS34/154CM. Toch biedt dit staal goede waar voor zijn geld. 59-60 HRC
- VG10
- Een van de steeds vaker gebruikte staalsoorten. Het combineert een hoog percentage koolstof met een hoog percentage molybdenium. Houdt zijn scherpte goed en is ook redelijk goed tegen roest bestand, nadeel is de hogere prijs. 60-62 HRC
- CPM 420V/CPM440V/CPM3V
- Dit zijn beide staalsoorten uit de zogenaamde poederstaalfamilie. Deze legeringen kenmerken zich door een erg fijne staalstructuur, waarbij men afhankelijk van het gebruiksdoel heel erg precies meer of minder elementen kan toevoegen. Ze bewaren hun scherpte erg lang. Van de vier soorten is CPM440V het best bestand tegen roest (17.5% chroom), beste hardheid 56-58 HRC. Is CPM420V het staal met de langste scherpte, maar minder roestbestand, 59-61 HRC. Ten slotte is CPM3V beter voor grote hakmessen door zijn grote sterkte (twee keer zo sterk als bijvoorbeeld 154CM), 59-61 HRC. Onlangs kregen deze staalsoorten een nieuwe naam:CPM440V werd S60V, CPM420V werd S90V en CPM3V werd ...
- GIN1
- staalsoort gebruikt door Spyderco in hun oudere modellen, maar erg goed roestvast en blijft ook lang scherp. 55-57 HRC
- BG42
- Een van de opkomende legeringen in de messenmarkt. Het staal bestond al langer, maar is in de vergetelheid geraakt. Dankzij de hernieuwde aandacht van Bob Loveless (de bekendste Amerikaanse messenmaker), gebruiken nu steeds meer messenmakers deze uitzonderlijk lang scherp blijvende en harde legering. Enige nadeel is de hoge prijs en het feit dat het slijpen langer duurt. 58-61 HRC
Niet roestvaste staalsoorten
Deze groep bestaat uit koolstofstaalsoorten en gereedschapsstaalsoorten. De koolstofsoorten worden aangeduid met een vier- of vijfcijferig nummer (bv. 5160). Je kan de gereedschapsstaalsoorten herkennen aan herkennen aan de letter voor het cijfer, bv. O-1.
Maar omdat het onderscheid tussen deze twee staalsoorten niet van belang is, bespreek ik ze als een groep. Zij zijn niet roestvast, maar worden nog steeds veel toegepast. Het enige nadeel is dat ze dus sneller roesten. Maar daar staat tegenover dat ze goedkoper zijn en op alle andere vlakken net zo goed presteren.
- 1095
- Dit is voor messen de "standaard"koolstofstaalsoort. Het is redelijk sterk en behoudt zijn scherpte voldoende lang. Het roest wel erg snel en daarom zie je dit staal meestal met een beschermende coating. 56-59 HRC
Variaties op deze staalsoort zijn Carbon-V van Cold Steel en IMFI van Busse Knives. Dit zijn beide kleine variaties op het vertrouwde 1095 staal, waarvan de prestaties wel uitzonderlijk goed zijn. - O-1
- Erg populaire staalsoort bij echte messensmeders, een uitmuntende staalsoort die goedkoop is, lang scherp blijft en erg sterk is. 55-59 HRC
- A-2
- Een erg sterke staalsoort vooral gebruikt in grote vaste messen gemaakt door kleine messenmakers. 57-60 HRC.
- D-2
- Door het percentage chroom van 13, is deze staalsoort bijna roestvast. Het grootste voordeel is dat het een staalsoort is voor extreem gebruik, houdt erg lang zijn scherpte bij een hardheid van 59 HRC.
Titanium
Sporadisch gebruikt als lemmetmateriaal voor ontmijningsmessen, maar door de lage hardheid (50 HRC) niet geschikt voor buitensporters. Als duikmes wel erg geschikt want titanium kan niet roesten.
Cobalt legeringen
Op dit moment worden er drie verschillende cobaltlegeringen gebruikt als lemmetmateriaal. Stellite 6K, Dendritic Cobalt en Talonite. Messen gemaakt uit deze legeringen kunnen niet roesten en blijven, in tegenstelling tot titanium, erg lang scherp. Dit komt doordat ze samengesteld zijn uit zachte cobaltdeeltjes in een structuur van keiharde chroomdeeltjes. De zachte cobaltdeeltjes zijn te vergelijken met de chocolade van een Snicker, terwijl de chroomdeeltjes de harde pinda's zijn. De cobaltdeeltjes (49 HRC) geven sterkte en flexibiliteit, terwijl de chroomdeeltjes (91 HRC) de scherpte bewaren. Bij het slijpen verwijder je de zachte cobaltdeeltjes en leg je de harde chroomdeeltjes bloot. Als de scheerscherpte weg is, blijven er micro karteltjes over die door blijven gaan met snijden. Het grootste nadeel van deze materialen is de erg hoge prijs. Boven geldt dat een cobalt gelegeerd materiaal slecht bestand is tegen een natte omgeving omdat cobalt oplost in water.
Uitleg van de hardheid van metaal (HRC)
De hardheid van een metaal wordt uitgedrukt in HRC (in sommige catalogi ook wel RC of Rockwell), dit staat voor Hardness Rockwell C scale. De C scale is de schaal waarin messenlemmetten vallen. De hardheid van een mes wordt gemeten door een diamanten pin in het lemmet te duwen. Hoe ondieper de deuk, hoe harder het mes. Voor snijmessen varieert de hardheid tussen 56 en 61 HRC. Voor messen die vooral worden gebruikt om te kappen zijn lagere hardheden beter, omdat er zich dan minder snel bramen vormen, meestal rond de 55 HRC.
Het nut van een hogere hardheid is dat het lemmet langer scherp blijft, maar een te hard mes is weer te broos. Bij ATS34 is de optimale hardheid 59 HRC, minder hard verliest het zijn "edgeholding", harder en het snijvlak zal breken.
Dit is iets om rekening mee te houden als je een mes koopt, een goede staalsoort met een verkeerde hardheid presteert niet goed.